OVERDENKING 19-04-2020
Geliefde broeders en zusters,
Wat een Almachtige, Liefdevolle God en Vader hebben we die altijd relatie wil met Zijn kinderen en Zijn plannen voor ons persoonlijk, maar ook voor de wereld met ons willen delen en ons in Zijn werk wil bij betrekken. Daarom heeft Hij ons geroepen, ieder met een speciale roeping, vóór dat wij geboren zijn. Is dat niet geweldig? We zijn allemaal waardevol voor God en de Here Jezus Christus. Dat moeten we nooit vergeten.
Ieder mens heeft een unieke roeping van God. Maar het ligt aan de mens om deze roeping te beantwoorden en zich ernaar leven tot Gods eer, of je kan het ook gebruiken voor je eigen eer. Als we ons leven aan de Heer hebben gegeven en naar Gods stem luisteren en volgen, dan zal de Heilige Geest ons stap voor stap leiden tot het kennen van de roeping van God voor ons persoonlijk om mee te werken in Zijn Grote Plan ter voorbereiding van de komst van de Here Jezus Christus. Terwijl wij genieten van het samenzijn met God de Vader, God de Zoon en God de Heilige Geest wil God dat we actief deel nemen aan dit Grote Plan van God. Kunt u het voorstellen hoe geweldig en wonderlijk het is, het samenzijn met de Drie-enig God en luisteren naar wat God gaat doen? Geweldig! Daarom, gebruik deze tijd om in vertrouwde omgang te communiceren met onze Liefdevolle Vader, en luisteren en ontdekken wat Gods wil is voor u persoonlijk in dit Grote Plan van God. Gods roeping en de genadegaven die God geeft aan ons blijft. Zoals Paulus zegt in
Romeinen 11:29:
Want de genadegaven en de roeping Gods zijn onberouwelijk.
Van Gods kant blijft de roeping en de genade gaven die God gegeven heeft aan de mensen onveranderd. Het ligt aan de mens om het te ontvangen, ermee te werken of te weigeren. Ermee werken tot een van de Gever of zoals velen het doen, voor eigen eer.
Vandaag willen we kijken naar Mozes. Mozes had vanaf zijn jeugd al de drang om zijn volk te bevrijden uit de slavernij van Egypte. Hij was een goede legeroverste van Farao. Hij heeft tegen de Ethiopiërs gestreden en gewonnen. Hij was bekend in die tijd. Jong en sterk. Hij had een Egyptenaar gedood om het vertrouwen van zijn broeders (Israëlieten) te winnen, maar het ging niet zoals hij gehoopt had en moest hij vluchten. Hij probeerde met zijn eigen kracht zijn volk te redden. Maar dat was niet het plan van God wat God aan Abraham had bekend gemaakt. (Genesis 15:13,14). Mozes moest vluchten voor zijn leven. 40 jaar bleef hij in Midjan. In die jaren bleef hij denken aan zijn volk die leefde onder de druk van de Egyptenaren. 80 jaar was hij geworden. Toen verscheen de Engel des Heren midden uit een braamstruik en God sprak tot hem.
En de Here zeide: Ik heb terdege (zeer zeker) gezien de ellende van mijn volk, dat in Egypte is, en hun gejammer. Ja, IK ken hun smarten. Daarom ben Ik nedergedaald om hen uit de macht der Egyptenaren te redden en uit het land te voeren naar een goed en wijd land, een land vloeiende van melk en honig Exodus 3:7,8.
Vs 10: zei God: Nu dan, ga, Ik zend u tot Farao, om mijn volk, de Israëlieten, uit Egypte te leiden.
Nu begon Mozes allerlei redenen te zoeken om niet te gaan. Hij had altijd het verlangen om zijn volk te bevrijden, maar nu op 80 jarige leeftijd daar ga je toch niet meer aan beginnen? Toen hij 40 jaar was, was hij geweldig, grote legerleider, maar nu? Hij kende God nog niet persoonlijk. Hij hoorde alleen de verhalen toen hij nog klein was, toen hij gevoed werd door zijn moeder. God van Abraham, Izaak en Jakob. Dat is alles wat hij wist. Nu wou God dat hij de Israëlieten moest gaan bevrijden uit de macht van Farao? God had het hele verlossingsplan aan hem verteld en nog twijfelde hij .
God zeide: Ik ben immer met U! Exodus 3:12
God verzekerde hem dat alles goed zal verlopen door een teken te geven aan hem:
Dit zal u een teken zijn, dat Ik u gezonden heb: wanneer gij het volk uit Egypte hebt geleid, zult gij God dienen op deze berg,
Exodus 3:12.
Toch bleef Mozes allerlei redenen te zoeken om van deze roeping af te komen. Toen ontbrandde de toorn van God tegen Mozes (Exodus 4:14). En Hij zond Aaron om Mozes bij te staan.
God had Mozes geroepen om de Israëlieten uit de slavernij te bevrijden en God vervulde al Zijn beloftes en God had door Mozes grote en machtige dingen gedaan, maar Mozes had het einde van de tocht niet kunnen meemaken, de verovering en het bezetten en verdelen van het land aan de stammen van Israël. Heeft God niet aan Zijn Woord gehouden? Natuurlijk wel! Van Gods kant blijft het onveranderd. De Israëlieten hadden het land veroverd en bezet. Maar helaas Mozes en Aaron hadden deze overwinning niet kunnen meemaken, hoe erg Mozes God gesmeekt had. Door hun zonde, toen het volk opstond tegen hen omdat ze geen water hadden om te drinken gaf God Mozes en Aaron de opdracht om tot de rots te spreken, maar door hun boosheid tegen het opstandige volk hadden ze niet gedaan wat God tegen hen gezegd had.
Nummeri 20:12
maar de Here zeide tot Mozes en Aaron: aangezien gij op Mij niet vertrouwd hebt en Mij ten aanschouwen van de Israelieten niet geheiligd hebt, daarom zult gij deze gemeente niet brengen in het land, dat Ik hun geef.
Dat was een ernstige straf. Hij moest verder het volk blijven leiden in gehoorzaamheid aan God, maar kon zelf niet in het land binnengaan. God gaf het over aan Jozua. En onder leiding van Jozua had het volk het land veroverd en verdeeld en zolang Jozua leefde had het volk rust en diende God.
God wil ieder van ons bij Zijn werk en Zijn plan betrekken en daarbij schenkt Hij alle genadegaven die wij nodig hebben om de roeping van God uit te voeren. De talenten die wij mee gekregen hebben bij de geboorte dienen allemaal als gereedschappen in het uitvoeren van Gods roeping. God kijkt niet naar onze leeftijd, of naar onze uiterlijk, of hoe goed we kunnen praten of hoe goed we met de mensen kunnen omgaan. Het enige wat God ziet in ons, is ons hart dat brandend en vol verlangend uitgaat naar Hem. Gods plan blijft hetzelfde, en Gods roeping voor een ieder blijft het zelfde. We hebben hier mogen leren dat de persoonlijke roeping van God voor ons is afhankelijk van ons. Gods plan voor de Israëlieten om het land te veroveren en bewonen bleef hetzelfde vanaf toen Hij het aan Abraham bekend maakte. Maar Gods plan voor Mozes was veranderd, niet door God, maar door Mozes zelf. God zei tegen Abraham:
Weet voorzeker, dat uw nakomelingen vreemdelingen zullen zijn in een land, dat het hunne niet zijn, en dat zij hen dienen zullen, en dat zij hen verdrukken 400 jaar
Genesis 15:13
De Israëlieten gingen na vierhonderd en dertig jaar, juist op de dag af, uit het land Egypte (Exodus 12:4). Waarom 430 jaar, terwijl God aan Abraham zei 400 jaar? Heeft God niet aan Zijn Woord gehouden? Het lag aan Mozes. Tien jaar vóór de bevrijding van de Israëlieten , zoals God had gepland, had Mozes met zijn eigen kracht geprobeerd, maar hij moest vluchten. Het kostte hem 40 jaar en voor de Israëlieten 30 jaar langer in de verdrukking. De Israëlieten hoefde niet 40 jaar te zwerven in de woestijn. God kon hen binnen 2 maanden naar het land Kanaan brengen, maar door hun ongeloof moesten ze 40 jaar lang zwerven.
Laten we deze tijd van afzondering ons geen zorgen maken en ons druk maken over de situatie waarin we nu verkeren en afvragen wanneer het einde komt, maar blijven in de Schuilplaats van de Allerhoogste en luisteren naar Zijn stem, wat God wil bekendmaken aan ons en waar Hij ons wil gebruiken in Zijn grote plan.
Jezus zeide: Houdt moed, Ik ben het, weest niet bevreesd.
Mattheus 14:27
Amen
God zegent u allen
Edith V