OVERDENKING 01-06-2020
EEN MAN/VROUW NAAR GOD’S HART
Geliefde broeders en zusters,
Hebt u er wel over nagedacht, waarom God over David zei: “een man naar Mijn hart”?, ondanks hij overspel had gepleegd? Kunnen wij ook een man/vrouw naar God’s hart worden? Wat zijn de eigenschappen van een man/vrouw naar Gods hart?
1. De houding van het hart. Het gesteldheid van het hart
God had Saul geroepen en gekozen als koning over zijn volk Israël. God schonk hem een ander hart. God bekwaamde hem en maakte dat het volk hem accepteerde en gehoorzaamde. Gods Geest was op hem. Maar de houding van zijn hart was niet veranderd. Bij de eerste dag toen hij van Samuel vertrok schonk God hem een ander hart, een nieuw hart. God bevestigde zijn roeping door allerlei tekenen die hij onderweg naar huis meemaakte en zelfs de Heilige Geest kwam over hem toen hij onderweg een groep profeten tegenkwam en hij samen met hen in geestvervoering raakte en profeteerde. Wat een geweldige ervaring was het. Als iemand zo’n ervaring meegemaakt heeft, zou hij helemaal veranderd zijn. Een nieuw hart, de Heilige Geest op je en je profeteert! Een hele nieuwe, hemelse ervaring! God had hem helemaal klaargemaakt voor zijn roeping, maar hij bleef op zichzelf gericht; wie ben ik? Wat zouden de mensen zeggen? Altijd rekening houden met de mensen. Mensen behagen, eer van de mensen ontvangen. De mensen moeten me goedkeuren. Ze moeten mij eren. Zelfgericht.
Toen Saul het brandoffer gedaan had, wat hij niet mocht doen en Samuel tegen hem zeide: Wat hebt gij gedaan? Antwoordde Saul: Daar ik zag dat het volk van mij wegliep en gij niet op de afgesproken tijd kwam, toen heb ik mij verstout en heb de brandoffer geofferd. (1 Samuel 13:11, 12)
Hij zei hiermee: Ik zou het niet hebben gedaan als je op tijd gekomen was en het volk niet wegliep. Ik moet het volk gerust stellen, ik ben hun koning. Ze moeten mij goedkeuren.
God had Saul opdracht gegeven om Amalekieten te verslaan en alles wat leeft te doden. We zouden denken, is God zo wreed? De Amalekieten hebben gruwelijke zonden gedaan. Niet alleen dat ze de Israëlieten hadden aangevallen tijdens hun reis naar het beloofde land, maar ze hadden gezondigd door homoseksualiteit en onnatuurlijke gemeenschap met de dieren gedaan. Sodom en Gomorra had God ook gestraft vanwege deze gruwelijke zonde die ze gedaan hadden. Saul had de amalekieten verslaan en alle mensen en dieren gedood, maar de koning had hij meegenomen en het leger had alle goede vee meegenomen.
Toen Samuel bij hem kwam, zeide deze tot hem: Wees gezegend door de Here; ik heb het bevel des Heren uitgevoerd. Maar Samuel zeide: wat betekent dan dat geblaat van kleinvee, dat in mijn oren klinkt, en het geloei van runderen, dat ik hoor? Saul zeide: Die heeft men van de Amalekieten meegebracht, want het volk heeft het beste van het kleinvee en van de runderen gespaard om de Here, uw God, offers te brengen, maar de rest hebben wij met de ban geslagen. 1 Samuel 15:13-15
Hier zien we duidelijk hoe de houding van Sauls hart was. Hij had toch de opdracht uitgevoerd, het is toch goed? Op zijn manier! Het volk wou toch het beste offeren aan uw God, dat is toch goed! Het maakt niet uit waar het vandaan komt als het maar het beste is. Zo gebeurt het tegenwoordig ook veel, als je maar gift geeft aan de Heer maakt niet uit of het gestolen geld is, of van de loterij of van de drugs verkopen, is toch goed? Samuel zeide:
Waarom hebt gij dan niet naar de Here geluisterd, maar hebt gij u op de buit geworpen en hebt gedaan wat kwaad is in de ogen des Heren? 1 Samuel 15:19
Toen zeide Saul tot Samuel: Ik heb wél naar de Here geluisterd en ben de weg gegaan, waarop de Here mij zond en ik heb Agag, de koning meegebracht maar Amalek heb ik met de ban geslagen. Doch het volk nam van de buit kleinvee en runderen, 1 Samuel 15:20-21.
Hij zag helemaal niet dat hij niet naar God had geluisterd en gedaan wat God had gezegd. Hij had de opdracht uitgevoerd, op zijn manier, hij is de koning, het resultaat is toch goed, dat is toch wat God wil? Hij moet de eer hebben, de mensen moeten hem goed vinden! Hoogmoed!
Trots komt vóór de ondergang, en hoogmoed komt vóór de val. Spreuken 16:18
Dat is de houding van iemand die IKgericht is. Altijd rekening houden met je ik, je welzijn, mensen behagen. Mensen moeten mij goed vinden, lief vinden, mensen moeten mij eren. Saul, ondanks God hem een nieuw hart had gegeven, Gods Geest was op hem; hij werd bekwaam gemaakt door God.
Samuel zeide tot Saul: houd stil, dan zal ik u mededelen wat de Here in deze nacht tot mij gesproken heeft. Hij (Saul) zeide tot hem: Spreek! 1 Samuel 15:16
Daarop zeide Samuel: Zijt gij niet, hoewel gij klein waart in eigen ogen, geworden tot een hoofd der stammen van Israël? En heeft de Here u niet gezalfd tot koning over Israël?1 Samuel 15:17
Voorwaar, weerspannigheid is zonde der toverij en ongezeggelijkheid is afgoderij en dienen van terafim (afgod). Omdat gij het Woord des Heren verworpen hebt, heeft Hij u verworpen, zodat gij geen koning meer zult zijn. 1 Samuel 15:23
Saul zeide tot Samuel: Ik heb gezondigd, want ik heb het bevel des Heren, uw opdracht, overtreden; maar ik vreesde het volk en ik heb naar hen geluisterd 1 Samuel 15:24
Saul erkende dat hij wel gezondigd had, maar het was toch doordat hij het volk vreesde, anders zou hij niet zondigen. Hij had naar het volk geluisterd. Hij, de koning! Het volk is de schuldige, hij was vrij van schuld.
1 Samuel 15:25 zegt: Nu dan, vergeef toch mijn zonde; keer met mij terug, dan zal ik mij voor de Here neerbuigen.
Saul zeide: Ik heb gezondigd; bewijs mij nu toch eer in tegenwoordigheid van de oudsten van mijn volk en van Israël. 1 Samuel 15:30
Hij dacht alleen aan zijn eer. Hij nam het helemaal niet serieus alles wat Samuel gezegd had over dat God hem verworpen had. Hij dacht alleen aan zijn eer. Bewijs mij toch eer in de tegenwoordigheid van het volk. De houding van Sauls hart, of zijn hartgesteldheid was niet veranderd ondanks God alles gedaan had en hem bekwaam gemaakt had om zijn roeping te volvoeren.
David, een herdersjongen, besefte dat hij van zichzelf niets was en afhankelijk van zijn God, had in alles wat hij deed rekening gehouden met God. Hij gaf God de eer. Na het verslagen van zo’n geweldige reus zou je alle eer en roem naar je toe trekken, maar hij bleef nederig en gaf de eer aan zijn God. Hij deed gewoon zijn taken zoals voordien. God was altijd met hem en deed hem gelukken, alles wat hij deed. In nederigheid bleef hij de koning dienen met zijn harp muziek maken wanneer de boze geest op Saul kwam. Toen hij overspel had gepleegd en God hem, door profeet Nathan had vermaand, had hij zijn zonde erkend en vergeving van God gevraagd. In Psalm 51 schreef hij zijn gebed tot God:
Want ik ken mijn overtredingen, mijn zonde staat bestendig vóór mij (hij had werkelijk spijt van wat hij gedaan had). Tegen U, U alleen heb ik gezondigd, en gedaan wat kwaad is in uw ogen, opdat Gij rechtvaardig blijkt in uw uitspraak, zuiver in uw gericht. Psalm 51:5, 6
En David zei in
Psalm 51:12, 13: Schep mij een rein hart, o God, en vernieuw in mijn binnenste een vaste geest, verwerp mij niet van uw aangezicht, en neem uw Heilige Geest niet van mij.
Dit zijn de belangrijke dingen die hij nodig had in zijn leven. Hij, de koning, geëerd en beroemd, toch nederig en geheel afhankelijk van zijn God. Hier zien we dat David de relatie tussen hem en God heel belangrijk vindt en hij bad: verwerp mij niet van uw aangezicht en neem Uw Heilige Geest niet van mij. Dat was voor David de belangrijkste in zijn leven. Hij erkende zijn zonde en accepteerde ook de gevolgen erop. Gij, God, blijkt rechtvaardig in uw uitspraak zuiver in uw gericht. God vergaf hem volkomen en ging verder met hem. God had Saul verworpen, maar Saul trok niets van aan.
De houding van het hart van David is Godgericht. God gaf opdracht aan David om een altaar te richten op de dorsvloer van de Jebusiet Arauna. Koning David ging met zijn dienaren om de dorsvloer te kopen om daar het altaar voor de Here te bouwen.
Arauna zeide tot David: mijn heer de koning moge nemen en offeren wat hem goeddunkt; ziedaar de runderen voor brandoffers en de dorssleden. Dit alles geeft Arauna aan de koning. De Here uw God, moge in u behagen hebben.2 Samuel 24:22, 23
Maar de koning zeide: Neen, maar ik wil het in elk geval van u voor de volle prijs kopen, want de Here, mijn God, wil ik geen brandoffers brengen, die mij niets kosten. Daarop kocht David de dorsvloer en de runderen voor vijftig sikkels zilver 2 Samuel 24:24
Ziet u de houding van Davids hart? Het hartgesteldheid van David is God gericht. God alle eer geven. God de allerbeste geven. Saul liet het volk het beste vee meenemen van de vijand om te offeren. David zei: voor de Here, mijn God, wil ik geen brandoffers brengen die mij niets kosten.
De eerste stap om een man/vrouw naar Gods hart te worden is: de houding van ons hart. De hartgesteldheid.
Geliefde broeders en zusters, terugblikken op de overdenkingen die wij gehad hebben, is God bezig om ons allen, mannen en vrouwen naar Gods hart te maken. Zodat we in intieme relatie met onze liefdevolle Vader en de Here Jezus Christus en de Heilige Geest mogen leven en genieten van alle voorzieningen, beloften, die God al klaar heeft voor ons. Dan zullen we God persoonlijk kennen en Zijn wil en plan voor ons persoonlijk kennen en ook voor de wereld. God is bezig om ons klaar te maken voor de roeping en opdracht die Hij heeft voor ons. Blijf niet aan de kant staan kijken wat er aan het gebeuren is en wat er zal gebeuren, maar geef jezelf geheel aan God over. Weest niet als Saul, die, ondanks alle voorzieningen van God bleef volharden in zijn oude leven, zijn hart verharden, maar wees gewillig en geef je in nederigheid over aan God zodat Hij jou kan vormen en klaarmaken voor het doel die God heeft voor een ieder van ons.
A M E N
De Here zegene u allen
Edith V.